De Wheaten moet leren dat hij een hond is (zoals álle honden dat moeten leren) die in een rangorde lager op de ladder staat als de mens. Wanneer men de nodige zorg en aandacht besteedt aan zijn opvoeding (liefst in combinatie met een puppycursus, en een vervolgcursus) dan zal hij zich ontwikkelen tot een trouwe, aanhankelijke vriend, die graag iets doet voor zijn baas. Het feit dat de Wheaten leergierig, enthousiast en vlug van begrip is, zal de training alleen maar vergemakkelijken. Laat men de Wheaten te veel aan zijn lot over, dan wordt hij in zichzelf gekeerd en schuw. Pakt men hen te hard aan, dan wordt hij tegendraads. De enige correcte manier om hen te benaderen is op een vriendelijke, positieve en consequente wijze: men zal dan heel veel plezier aan hen beleven.
Ook behendigheid behoort tot de mogelijkheden en wordt door de Wheaten vaak erg leuk gevonden.